PrintversieStuur dit artikel doorTerug naar de vorige paginaBestuurscrisis na aftreden wethouders

Gebied: BERGSCHENHOEK
Datum: 27 maart 2001 18:00 uur
Rubriek: Laatste Nieuws

De twee wethouders Blijleven en Offermans hebben voorafgaande aan de raadsvergadering op maandag 26 maart jl. hun ontslag aangeboden aan de gemeenteraad. Hiermee zit de gemeente Bergschenhoek meteen in een bestuurlijke crisis. Aanleiding tot het ontslag van de wethouders is het verschijnen van het rapport van Twijnstra en Gudde en de daarop volgende analyse van professor Ringeling. De PvdA wilde een motie indienen om het functioneren van de twee wethouders naar aanleiding van het rapport aan de orde te stellen, maar door het indienen van hun ontslag werd deze motie ingetrokken. In het rapport van Twijnstra en Gudde werden de resultaten vermeld van het onderzoek naar de integriteit en de bestuurlijke cultuur binnen de gemeente Bergschenhoek. Het oordeel over de twee wethouders was in het rapport negatief. Wethouder Blijleven trok daaruit zijn conclusies en legde voorafgaande aan de gemeenteraadsvergadering een verklaring af waarin hij zijn ontslag aanbood. Hij wilde niet te diep ingaan op het rapport en vertelde dat hij sinds het verschijnen ervan geworsteld had met de vraag hoe hij ermee om moest gaan. In het rapport wordt aangegeven dat de ambtelijke situatie drastisch moet veranderen. Daarnaast is de bestuurlijke cultuur onder de loep genomen en Blijleven en Offermans maken deel uit van die bestuurscultuur. De resultaten van het onderzoek waren voor hen aanleiding hun ontslag in te dienen. Integriteit van het bestuur Blijleven ging in zijn verklaring in op de integriteit van een bestuurder: “Een bestuurder van een gemeente dient als niemand anders als integer te worden gezien. De rapporten geven daarop geen feitelijke antwoord. De ambtelijke organisatie dient een reorganisatie te ondergaan en dit kan alleen met een bestuur dat een volledig draagvlak heeft bij de Raad. Ik vind dat mijn fractie de volledige vrijheid moet hebben om een beoordeling van de situatie te geven, dat kan niet als men gedwongen wordt om mij te handhaven onder condities van anderen. Het CDA heeft een nadrukkelijke visie op bestuurlijke integriteit en als deze ter discussie staat dan dien je als verantwoordelijke bestuurder direct daarna op te stappen. Bergschenhoek is groeiend en dat vergt een krachtig bestuur, geen aangeschoten College. Ik ben blij met de steun van mijn fractie, ik blijf raadslid, al was het maar om mijn kennis over te dragen.” Verdedigen van positie De PvdA had aangekondigd voor de aanvang van de gemeenteraad een motie te willen indienen waarin het functioneren van de wethouders ter discussie zou komen te staan. Wethouder Offermans trok daaruit zijn conclusies en legde eveneens een verklaring af en bood als wethouder zijn ontslag aan. Hij merkte in zijn verklaring op: “Bij diverse gesprekken over het rapport vond ik dat ik mij in het openbaar zou moeten kunnen verdedigen tegen hetgeen vermeld staat. Ik zal dat vanavond niet doen en dus niet op de inhoud van het rapport ingaan. Maar ik hoop daar op een later tijdstip alsnog de gelegenheid voor te krijgen.’ Offermans ging uitgebreid in op uitspraken in het rapport over de verhouding met zijn ambtenaren. “Het geeft veel pijn en een onrechtmatigheidsgevoel als uit genoemd rapport blijkt dat er door ambtenaren aan mijn integriteit wordt getwijfeld en dat er een verstoorde verhouding bestaat tussen het college en het ambtelijk apparaat. Daarvan is wat mij betreft in het verleden niets gebleken, niet rechtstreeks, niet via de secretaris, noch via de burgemeester. Vanuit het collegialiteitsprincipe is er door de VVD-fractie meermaals recentelijk gezegd dat daar waar een college onderwerp van onderzoek was en wethouders dan negatief beoordeeld worden er ofwel mogelijkheden zouden moeten zijn tot reparatie dan wel dat beide wethouders zouden moeten aftreden. Collega Blijleven heeft zijn conclusie getrokken met redenen die ik onderschrijf en ik trek hierbij dezelfde conclusie en dien eveneens mijn ontslag in als wethouder.” Aanleiding tot aftreden De aanleiding tot het aftreden van de wethouders was dus het rapport van Twijnstra en Gudde en de daaropvolgende analyse van professor Ringeling. De raadsleden gingen op deze avond niet in op de inhoud van het rapport. Dat komt pas aan de orde in een door de PvdA aangevraagd openbaar debat op 9 april a.s. Dan zullen de meningen beargumenteerd worden en zal een evaluatie van het rapport aan de orde komen. Het bestuur in de gemeente Bergschenhoek zit op het moment in een diep dal. Geen van de raadsleden wilde een uitspraak doen over het aftreden van de wethouders. Er heerste verslagenheid omdat bij het afdwingen van ontslag bepaalde afwegingen gemaakt moeten worden die niet altijd even leuk zijn. De uitslag van het rapport en het debat daarover zal uitkomst moeten bieden over waar de knelpunten liggen. Het rapport is vanaf 27 maart openbaar, nadat het ambtelijk apparaat in kennis is gesteld van de situatie. Een ieder die belangstelling heeft voor het rapport kan dat bij de gemeente verkrijgen.